Instituten
Gastro-enterologe Severine Vermeire wordt de volgende rector van de KU Leuven – de eerste vrouwelijke rector in de 600-jarige geschiedenis van dat instituut. In een interview vertrouwde ze Artsenkrant toe dat zij wellicht nooit geslaagd zou zijn voor het toelatingsexamen geneeskunde als dat toen al had bestaan – ze had in het middelbaar immers amper wiskunde en wetenschappen gehad. Het heeft niet belet dat ze een prachtige carrière als arts en onderzoeker heeft uitgebouwd.
Het toelatingsexamen geneeskunde is in Vlaanderen uitgegroeid tot een instituut waar elk jaar duizenden jongeren hun kans wagen. Zoals bij elk instituut moeten we ons regelmatig afvragen of het niet aan hervorming toe is.
Voorstanders wijzen op het belang van een kwaliteitsfilter voor de start van de opleiding, als alternatief voor de selectie die voorheen aan het einde van het eerste jaar plaatsvond. Een valabel argument, maar het ontzegt gemotiveerde jongeren – zoals professor Vermeire – wel de kans om lacunes in hun voorkennis tijdens dat eerste jaar bij te spijkeren.

Tegenstanders stellen dat het toelatingsexamen in zijn huidige vorm niet noodzakelijk de artsen selecteert die we nodig hebben. Het eerste deel toetst kennis van wiskunde en wetenschappen, het tweede deel (theoretische) kennis van communicatieschema’s en begrijpend lezen.
Het examen zegt dus niets over de veerkracht, communicatieve vaardigheden of empathie van de kandidaat. Dat zijn nochtans eigenschappen die burn-outs voorkomen, die misverstanden met patiënten vermijden, die samenwerken in teams mogelijk maken.
Aan die zaken kan later in de opleiding nog gewerkt worden, heet het dan. Dat kan kloppen, maar geldt dat dan niet voor kennis van elektronenconfiguraties en celdeling?